Tijd en ik leven op gespannen voet. Heb ik wel tijd genoeg? Kom ik geen tijd tekort?
Neem afgelopen vrijdagmiddag. Ik begin aan de voorbereiding van een schrijfworkshop voor mensen met beginnende dementie en mantelzorgers. Met belevenissen in de seizoenen als rode draad. De maandag erop is de tweede bijeenkomst.
Bewust denk ik dit keer pas kort van tevoren over de inhoud na. Anders steek ik er veel te veel tijd in. En daar worden dingen lang niet altijd beter van.
De dag van de workshop breekt aan. In alle rust print ik nog wat uit en pak de laatste spullen in. Mijn koffer staat klaar voor vertrek. Maar hoeveel tijd ik ook vooraf heb, ik raak alsnog in een hurry. Altijd nog even dit en dat doen. Haastig stap ik op de fiets.
Gelukkig ben ik ruim op tijd. De deelnemers druppelen binnen, we beginnen keurig om 14.00 uur. Om de tijd goed te bewaken, kijk ik af en toe op een klokje. Tijdens de eerste schrijfoefening slaat een lichte paniek toe. Ik heb te weinig voorbereid. Straks zijn we veel te vroeg klaar.
Ik laat deze gedachte los en concentreer me op de mooie schrijfsels die worden voorgelezen. Na een tijdje kijk ik opnieuw hoe laat het is. Wat? Al 15.00 uur? Dan moet ik opschieten om op tijd klaar te zijn.
Op mijn vraag wat de lente voor iedereen betekent, kijkt een deelnemer naar buiten en zegt: “Schone dakpannen.” We hebben uitzicht op een huis met een stralend dak. Niks associatie met vroeger of het jaargetijde wat eraan komt. Mensen met dementie zijn vaak volledig in het hier en nu.
Precies om 15.30 uur rond ik af. Met de schoonheid van het moment en het vertrouwen dat ik de tijd heb.
Reageren op TIJD? Stuur dan een berichtje naar monique@krachtverhalen.nl.